Mijn visie op onderwijs

De maatschappelijke rol van onderwijs is om voor iedereen ruimte te creëren om (op) te bloeien.

Geen hoepel maar een veld met bloemen

De maatschappelijke rol van onderwijs is om voor iedereen ruimte te creëren om (op) te bloeien. Onderwijs moet over grenzen, zuilen, vooroordelen en dogma’s heen kijken. Onderwijs vormt de samenleving van morgen en dit is meer dan alleen maar kijken naar wat de arbeidsmarkt nodig heeft. Er zijn echter een aantal factoren in ons onderwijsstelsel waardoor, in mijn opinie, het onderwijs deze rol onvoldoende kan oppakken.

Ik ben een groot voorstander van kinderen bij ieder vak op hun eigen niveau te laten werken. Op dit moment wordt er bij een niveaubepaling helaas naar alle vakken tegelijkertijd gekeken. Hierbij telt de laagste score. Dit geldt in het basisonderwijs en in het voortgezet onderwijs. Zo zit er een leerling op het vmbo-kader terecht gekomen vanwege dyscalulie terwijl deze leerling op de andere fronten een havo-niveau heeft. Dit kijken naar de laagste score werkt ook door in het latere onderwijs waarbij een studente vanwege het onderdeel taal op een HBO terecht gekomen in plaats van op de universiteit terwijl ze qua rekenen en wiskunde uitblonk en daarin ook haar vervolgstudie wilde doen. Een meer individualistisch traject, waarbij onderdelen op aparte niveau’s afgerond kunnen worden, heeft mijn voorkeur.

Het stapelen van diploma’s moet makkelijker gemaakt worden. In de eerste plaats om eventuele verkeerde niveaubepalingen te corrigeren en in de tweede plaats om jongeren op latere leeftijd alsnog de mogelijkheid te geven om een opleiding te volgen in de richting die ze willen. Wanneer een kind 12 is vindt er bij ons in Nederland al een schifting plaats. Hierbij speelt helaas niet alleen het potentieel van de leerling mee maar ook het opleidingsniveau van de ouders, het inkomen van de ouders en (in mindere mate) de etnische achtergrond van de leerling. Wanneer er vervolgens op 15 of 16 jaar een studiekeuze moet volgen zijn verwachtingen bij ouders en leerling al gesettled en kiest een jongere een richting waarin hij of zij wellicht niet haar potentieel benut. Op 18 of 19 jaar nog compleet switchen van keuze vergt dan tijd en financiële middelen. Met name bij kinderen uit een arm milieu zal de keuze tussen werken (en geld verdienen) versus studeren (en nog geen geld verdienen) belangrijk zijn. Uitstellen van niveaubepaling en meer mogelijkheden om tussentijds te switchen (bijvoorbeeld na een verlengde brugklas) heeft mijn voorkeur.

Kansarme ouders zijn niet goed in staat om hun kinderen te ondersteunen bij het leerproces. Meestal gaat het hierbij om ouders met een lage opleiding en/of financiële problemen en/of taalproblemen. In dit geval zullen scholen actief moeten helpen om kinderen en jongeren extra begeleiding te geven. Dit kan bestaan uit extra onderwijs, kritisch zijn op (schooleigen!) lage verwachtingspatronen, en meer moeite doen om ouders actief mee te laten helpen. Mijn dochter is dit jaar begonnen op een school waar de mentor op huisbezoek komt. Dit kan ouderwets en truttig overkomen maar het grote voordeel is dat een mentor iedere ouder spreekt en inzicht krijgt in een thuissituatie. Het lijkt mij een startpunt om met ouders in contact te komen en zeer belangrijk want bij de eerste ouderavond was niet van ieder kind een ouder aanwezig! De rol van het onderwijs is gelegen in het vroegtijdig tackelen van een achterstand die door een thuissituatie ontstaat.

Kortom: meer lucht en ruimte in de onderwijsloopbaan van een kind zijn van belang om een kind te laten (op)bloeien. Dit heeft niet alleen met de cognitive vaardigheden van een kind te maken maar ook in grote mate met de directe omgeving van het kind. Reeds op de basisschool moet gewaakt worden voor een te lage niveaubepaling die simpelweg kan ontstaan doordat een school in een wijk staat met (veel) kansarme ouders. Mocht er op een later moment in de schoolloopbaan van een leerling of student de behoefte ontstaan om te switchen of door te groeien dan moeten die kansen benut worden en indien nodig extra begeleid worden. In het meest ideale geval krijgen we in de toekomst een systeem waarbij kinderen verschillende vakken op verschillende niveau’s kunnen afronden. Op die manier is het onderwijs niet een grote hoepel waar we allemaal doorheen springen maar een veld met bloemen.

Bron

Inge de Wolf

De Wolf, I. (2017). Het Nederlandse onderwijs langs de meetlat van gelijke kansen. In B. van den Berg, & Sardes. (Reds.), Kansen bieden in plaats van uitsluiten: jubileumuitgave 1992-2017 (pp. 39-53). Sardes.