Effects of self-assessment

on self-regulated learning and zelfeffectiviteit: Four meta-analyses

Panadero, Johnsson & Botella, 2017

Definitie

Definitie (lett vert): “Zelfbeoordeling is een breed scala aan mechanismen en technieken waardoor studenten de kwaliteiten van hun eigen leerprocessen en -producten beschrijven (d.w.z. beoordelen) en mogelijk waarde of verdienste toekennen (d.w.z. evalueren).”

Definitie

Zelfbeoordeling gebeurt via zelfmonitoring en zelfevaluatie. In dit artikel draait het om de driehoek zelfbeoordeling, zelfregulerend leren en zelfeffectiviteit.

Het onderdeel ‘breed scala’ wordt benadrukt. In het onderzoek zijn al minstens 20 soorten zelfbeoordeling gevonden. Er wordt gepleit voor werken met een kwalitatieve score en niet alleen maar jezelf een cijfer geven. De schrijvers geven aan dat zelfbeoordeling een belangrijk onderdeel is van formatief beoordelen. Sterker nog: het hele onderzoek rondom zelfbeoordeling is, onder invloed van formatief beoordelen, verschoven. Zelfbeoordeling geen overbodige luxe of een leuk extraatje is maar essentieel voor het leerproces omdat de student zelf het gat moet dichten tussen de huidige kennis en benodigde kennis.

De implementatie en complexiteit van een zelfbeoordeling genereren een positief effect, méér dan het type zelfbeoordeling. Er wordt hier ingegaan op jezelf beoordelen op basis van een rubric. Dat kan positief en zelf negatief uitvallen. Het wordt positief wanneer leerlingen zelf een rubric mogen opstellen op basis van een voorbeeld. Het wordt negatief wanneer een rubric ingewikkeld of veel is; dan

Feedback is belangrijk. Zonder feedback is het nut van zelfbeoordeling echt lager. Er is een bewezen positieve relatie tussen zelfregulerend leren en zelfbeoordeling. Op het gebied van zelfeffectiviteit is de relatie met zelfbeoordeling wisselend (soms positief en soms negatief). Over het algemeen wordt er aangenomen dat zelfbeoordeling een positief effect heeft op de zelfeffectiviteit omdat studenten door zelfbeoordeling een beter begrip krijgen van de eisen van de taak. Dit levert waarschijnlijk betere resultaten op, wat op zijn beurt de zelfeffectiviteit weer vergroot.

Zelfbeoordeling heeft ook invloed op de voorbereidende fase van zelfregulerend leren in verband met plannen. Interventies die zelfbeoordeling vergroten moeten voor de uitvoerende taak gestart worden bijvoorbeeld door het geven van de criteria. Expliciete assessment criteria geven heeft significante impact op (met name) de voorbereidende fase en de evaluatiefase.

Zelfeffectiviteit is het geloof in je eigen capaciteiten. Het is bewezen dat dit van groot belang is in tertiair onderwijs. Het is tegenwoordig ook van groot belang op zelfregulerend leren.

Invloeden

Er zijn 4 variabelen van invloed op zelfbeoordeling bij zelfregulerend leren en zelfeffectiviteit (let op: dit wordt dus van elkaar losgekoppeld).

  1. geslacht
  2. leeftijd
  3. diversiteit in zelfbeoordeling aanpak
  4. de docent.

 De invloed van geslacht op:

  1. zelfbeoordeling: is onvoldoende onderzocht en wat er is, heeft vooral te maken met nauwkeurigheid van de beoordeling.
  2. zelfregulerend leren: er is verschil maar dit heeft vooral te maken met zelfeffectiviteit en verwachtingen.
  3. zelfeffectiviteit: op jongere leeftijd is deze voor wiskunde en computers hoger bij jongens en voor schrijven hoger bij meisjes maar dit verschil verdwijnt wanneer ze ouder worden. In een ander (recenter) onderzoek lijkt dit verschil weer kleiner te zijn.

De invloed van leeftijd op:

  1. zelfbeoordeling: geen onderzoek naar
  2. zelfregulerend leren: jonge kinderen hebben al baat bij zelfregulerend leren training. Deze bate is hoger wanneer de training in het basisonderwijs start. Dit werkte ook voor motivatie. Echter wanneer het ging om het inzetten van strategieën, dan had secondair onderwijs hier meer aan.
  3. zelfeffectiviteit: verhoogt naarmate iemand ouder wordt.

De invloed van verschillende zelfbeoordelingsaanpakken op zelfregulerend leren is groot. Dit zou echter nog (beter) onderzocht moeten worden. De invloed van een (onafhankelijke) onderzoeker op een zelfregulerend leren interventie is groter dan wanneer de docent deze interventie doet.

Bevindingen

In dit meta-onderzoek zijn alleen maar enquêtes gebruikt om data op te halen. Reden hiervoor is dat zelfeffectiviteit niet meetbaar is behalve in wat iemand er zelf van vindt. In het artikel wordt dit nog meer gedetailleerd door aan te geven dat er vooral sprake is van een verhoogd gevoel van zelfeffectiviteit. Bovendien werd aangetoond dat geslacht en componenten van zelfbeoordeling verschillende effecten hadden op het gevoel van zelf- effectiviteit van studenten.

Zelfmonitoring is van positieve invloed op de zelfeffectiviteit. Men denkt (hypothese) dat dit te maken heeft met de directe feedback die monitoring heeft. Het gaat echt om directe feedback zoals darts gooien.

Rubrics zijn van negatieve invloed op de zelfeffectiviteit. Men denkt (hypothese) dat dit komt omdat studenten zich dan pas bewust worden van wat er moet gebeuren om een hoge beoordeling te scoren en dat dit tot een lagere zelf effectiviteit leidt. Let op: expliciete criteria zijn van positieve invloed op zelfregulerend leren maar een rubric (een vorm van expliciete criteria) kan weer van negatieve invloed zijn op de zelfeffectiviteit.

Er bestaan verschillende manieren van zelfbeoordeling en verschillende soorten interventies. Daarom is het belangrijk dat toekomstig onderzoek nauwkeuriger kijkt naar deze verschillende vormen. Zo kunnen we beter begrijpen hoe zelfbeoordeling precies werkt en welke invloed heeft op het leren van studenten. Er moet gekeken worden of zelfbeoordeling affectieve of cognitieve uitkomsten beïnvloedt. En dan evengoed moeten we wel rekening houden dat wanneer zelfbeoordeling affectieve uitkomsten vooral beïnvloed, dit zijdelings ook een positieve uitkomst kan hebben op cognitieve uitkomsten.

Zelfbeoordeling heeft zeer waarschijnlijk niet dezelfde invloed op alle zelfregulerend leren onderdelen (hypothese). Er wordt geadviseerd om niet alleen vragenlijsten te gebruiken als onderzoeksmethode maar om ook bijvoorbeeld thinking-aloud of observaties op te nemen.

Van belang voor het leren

Van belang voor het onderwijs is in ieder geval dat zelfbeoordeling van groot belang is voor productief leren. Het is van invloed op de academische resultaten, de mate van zelfregulerend leren en zelfeffectiviteit. Zelfbeoordeling moet opgenomen worden voor the sake of empowerment en self-sustained leren van de studenten.

Kritische noot

Uit het onderzoek is gebleken dat monitoren een effectieve manier is om de zelfeffectiviteit van studenten te verhogen, al lijkt het hierbij vooral te gaan om directe feedback. Het kan dus zijn dat de zelfeffectiviteit verhoogd wordt door de gemakkelijk te interpreteren feedback en niet per se door het monitoren.

Fernando, P. A., & Premadasa, H. K. S. (2024). Use of gamification and game-based learning in educating Generation Alpha: A systematic literature review. Educational Technology & Society, 27(2), 114-132. https://doi.org/10.30191/ETS.202404_27(2).